pendantgedicht Herman Gorter: ‘Zie je ik hou van je’

Weet je, ik haat je
Ik vind je zo’n kwal
Zo glibberig, zo stinkend
Wat haat ik je

Je lijkt zo doorzichtig
Zoals je daar ligt
Je armen uitgestrekt
Naar die je beminnen wil

Nooit wil ik worden
Zoals jij, van m’n leven niet
Jouw zwaarte drukt mij neer
Zodat ik me minderwaardig voel

Daarom haat ik je
Haat ik je zo erg
Dat ik niets zeggen kan
Ik keer me van je af
 

©Thea de Hilster

Morgenkoraal

ontwaak, ontwaak
de dag begint
al heb je geen werk
ontbeer je ontbijt
het licht is ook voor jou

vloek God uit de hemel
spaar je adem niet
al was je je nooit
stinken je kleren
de lucht is ook voor jou

al ben je een arme drommel
schuim van de maatschappij
verworpene der aarde
omdat je anders bent
het leven is ook voor jou

in de marge van het bestaan
is God ver te zoeken
al ben je geen drie stuivers waard
je telt toch mee
de hemel is ook voor jou


© Thea de Hilster, augustus 2012

Feest

Kermis is een heel groot feest
In mij waart een vreemde geest
Ik wil zwieren, zwaaien
Overal in draaien
Over de kop gaan
Op de kop van jut slaan
Ik wil drinken dansen
Met iedereen sjansen
Botsen met jan en alleman
Ben een echte charlatan
Ik trek, sla, hap en grijp
Win zowaar een waterpijp
Kangoeroe, beer en pop
Met een grote strik erop
Beladen met vele prijzen
Zal ik huiswaarts reizen

Elk jaar drie dagen lang
Heb ik mezelf niet in bedwang
Dan ga ik uit mijn dak
Ben daarna echt brak
Maar wat heb ik weer genoten
En wat voel ik me toch kloten
Als ik een week later ontdek
Ik lijd aan geldgebrek


© Thea de Hilster, juni 2012